Ik ben Toffee. Hoe ik aan die naam kwam, leg ik je later nog wel eens uit. Eerst ga ik je vertellen hoe het allemaal begon.
Het begon op een doodgewone zaterdag. Mijn zus en ik hingen op de bank tv te kijken. Mijn zus heet trouwens Gum. Ja, ook al zo’n rare naam, ik weet het. Ga ik allemaal uitleggen. Later. Het is gewoon te veel om allemaal in een keer te vertellen: al die toestanden met Schorre Morre, de Waterwaack, de Zomp, ome Trees, de Rimboe van Rambo, de Bronbaas, tante Thé en de Wieswos en zo.
Dus Ik Moet Echt Bij Het Begin Beginnen!
De tweeling Toffee en Gum vertelt samen over hun waanzinnige avonturen in de Zomp. Want het zal je maar gebeuren dat je ouders – die altijd een wedstrijdje doen wie het meeste geld verdient – opeens een brief krijgen waarin staat dat je moeder de wettige erfgename is van haar bet-bet-bet-betoverachter-achterachterachterneef en dus aanspraak mag maken op de Zomp en het Waterwaackhuis. Die ouders ruiken natuurlijk meteen geld: zo’n zomp kun je mooi volbouwen. Dus Toffee en Gum én hun au pairs Limona en Vanilia worden meegesleept naar het Waterwaackhuis.
Maar daar blijken ze niet de enigen te zijn die denken dat ze de Zomp kunnen erven. En die Zomp wil niet zomaar worden volgebouwd. In de vochtige, zompige omgeving vinden vreemde gebeurtenissen plaats – en Toffee en Gum gaan op onderzoek uit om erachter te komen wat er nu precies aan de hand is.
Maar steken ze hun neus niet in zaken die hen niet aangaan?
Beoordelingen
Er zijn nog geen beoordelingen.